De woningcrisis in Groot-Brittannië is al decennialang een uitdaging en momenteel ontbreken er maar liefst 4,3 miljoen huizen op de nationale woningmarkt. Deze achterstand ontstond kort na de Tweede Wereldoorlog als gevolg van veranderingen in het huisvestingsbeleid in het land. Door de renovatie van Alexandra Court, vroeger een hotel, voegen we 39 woningen toe aan de woningmarkt.
Sociale woningbouw
In de Tweede Wereldoorlog werden veel steden in het Verenigd Koninkrijk gebombardeerd, waardoor er veel woningen verdwenen en er een enorme vraag ontstond naar nieuwe woningen. Om aan deze vraag te voldoen, werden er na de Tweede Wereldoorlog veel sociale woningen gebouwd. Dit waren huurwoningen die werden gebouwd en beheerd door de overheid en waren bedoeld voor mensen met lage inkomens. Sociale woningbouw werd in die tijd gezien als een manier om de woningnood op te lossen. Ongeveer de helft van alle nieuwe woningen die na de oorlog werden gebouwd, waren sociale woningen. Deze woningen waren over het algemeen van goede kwaliteit en werden goed onderhouden. In de loop der jaren is het aantal sociale woningen dat wordt gebouwd sterk afgenomen. Dit komt deels doordat de overheid minder geld beschikbaar heeft gesteld voor sociale woningbouw. Maar het komt ook doordat er steeds meer nadruk is komen te liggen op de ontwikkeling van de particuliere woningmarkt. Dit zorgde er tevens voor dat veel woningen niet meer beschikbaar werden voor een hypotheek. Lees hier meer over.
Town and Country Planning Act 1947
Na de Tweede Wereldoorlog werd een nieuw beleid geïntroduceerd: De “Town and Country Planning Act 1947”. Dit beleid vormt nog steeds de basis voor alle planning in het hele Verenigd Koninkrijk. Het nieuwe planningssysteem had als doel om de ontwikkeling van het land beter te reguleren. Het stelde dat alle nieuwe ontwikkelingen moesten worden goedgekeurd door lokale overheden voordat ze konden worden gebouwd. Dit betekende dat ontwikkelaars niet zomaar overal konden bouwen wat ze wilden. “De Act” had ook zijn beperkingen. Het zorgde er bijvoorbeeld voor dat de ontwikkeling van nieuwe woningen vaak langzamer verliep dan gewenst. Ook was het soms moeilijk voor ontwikkelaars om goedkeuring te krijgen voor nieuwe projecten, vooral als deze afweken van de bestaande bebouwing.
Right to Buy
“Right to buy” is een term die wordt gebruikt in vastgoed- en huurrecht en verwijst naar het recht van een huurder om het gehuurde eigendom te kopen indien de woning eigendom is van de publieke sector. Met de publieke sector wordt bijvoorbeeld een woningbouwvereniging bedoeld, een gemeente of een NHS trust. In sommige landen, zoals het Verenigd Koninkrijk, is het “right to buy” een wettelijk vastgelegd recht dat huurders de mogelijkheid geeft om hun huurwoning te kopen tegen een gereduceerde prijs en onder bepaalde voorwaarden. Dit kan een manier zijn om huurders aan te moedigen om de woningmarkt op te gaan en hun eigen huis te bezitten. Dit beleid heeft geleid tot een sterke afname van het aantal beschikbare sociale woningen.
Conclusie
Al met al hebben deze drie veranderingen bijgedragen aan de woningcrisis in het Verenigd Koninkrijk. Door de afname van sociale woningbouw en de “right to buy” zijn er minder betaalbare woningen beschikbaar voor mensen met lage inkomens. En de Town and Country Planning Act 1947 heeft ervoor gezorgd dat de ontwikkeling van nieuwe woningen regelmatig langzamer verliep dan gewenst. Dit heeft geleid tot een tekort aan woningen, wat weer heeft bijgedragen aan de stijging van de huizen- en huurprijzen.